Door
deze website loopt een rode draad en die bestaat uit cursief geschreven
stukken fantastische historie. Zo wordt de wereld waarin de legende
van de Zwarte Wolven speelt meer diepte en achtergrond gegeven.
De
legende is onderdeel van het concept de Kronieken van de Schemering.
De kronieken bestaan uit een serie verhalen, beelden en legenden
die spelen in de magische 12e eeuw. Deze alternatieve middeleeuwen
berusten voor een groot deel op waarheid (zoals de Noordelijke Kruistochten
en het aanzien van Groningen, Westerwijtwerd en Rügen), maar
er zijn ook delen verzonnen (zoals de effecten van magie en geloof
op de wereld en bepaalde historische gebeurtenissen).
Hieronder
treft u een aantal stukken achtergrond over de magische 12e eeuw
aan, alsmede een menu
dat u naar alle andere fantasy elementen op de site voert.
-
|
*Dit
menu komt U tevens aan het einde van elk stuk tegen. |
-
-
Magie
en geloof
|
Magie
Magie
heeft zich vanuit de oudheid en misschien zelfs vanuit de prehistorie
ontwikkeld van natuurkunst tot esoterische wetenschap. Wat begon
als minieme invloed op de omgeving door rituelen en concentratie,
werd een bijna almachtig, uitgebreid onderzocht instrument, waarmee
wonderen en gruwelen verricht konden worden. Magie was een uiting
van de innerlijke kracht van de mens, aangedreven door emoties en
buigingen van psychische kracht. De spreuken, riten, gezangen en
ceremoniën dienden enkel om de mentale krachten van de magiër
zo te stimuleren dat de gewenste effecten tot stand gebracht werden.
Ingrediënten en benodigdheden voor de verschillende toverkunsten
brachten hun eigen toevoeging aan de spreuk, of hadden alleen symbolische
betekenis. Sulfer en magnesium hielpen bij vuur spreuken, terwijl
vleermuisvleugels en menselijke hersenen hun organische eigenschappen
bijdroegen. Eenvoudige magie was enkel met woorden of gebaren op
te roepen, waarbij de bewegingen en zinnen dienden om de geest focus
te geven. Moeilijker spreuken combineerden geestkracht met natuurkundige
en biologische effecten.
Verweer
tegen magie
De
enige manier om magie tegen te gaan was om het te “breken”.
Dit kon door de magiër uit zijn concentratie te brengen, of
door de magie door een zogenaamde breuk, een antispreuk, uit te
schakelen. Tovenaars oefenden bijna net zo veel op hun breuken als
op hun spreuken, zeker als een conflict met een andere magiër
te verwachten was.
Daarnaast bleken Christelijke en later Moslim priesters met hun
gebeden zeer goed in staat te zijn magie te breken, zonder zelf
magie te gebruiken.
Religie
Magie
was altijd verweven met religie, tot in de vierde eeuw het nieuwe
Christelijke geloof op begon te komen. Deze godsdienst verwierp
magie, daar zijn stichter, de profeet Jezus Christus, de Joodse
magie in twijfel getrokken had en uiteindelijk verraden was door
de Magister Judas Iskariot, een vooraanstaande tovenaar uit de eerste
eeuw.
Doordat in de bijbel en de apostolische brieven magie afgezworen
werd en het gebruik er van als duivelsaanbidding veroordeeld werd
bouwden zich binnen de Christelijke kerk anti magische krachten
op. Dit uitte zich in de religieuze krachten van de priesters.
Geloof
tegen magie
In
de groeiende Christenheid werd magie niet langer getolereerd en
in de elfde en twaalfde eeuw werd het zelfs een aanleiding voor
de Noordelijke Kruistochten en de Kruistocht tegen de Katharen.
Met de val van Arkona op het eiland Rügen werd het hart uit
de heidense en magische cultuur van het Oosten gerukt. Dit veroorzaakte
een tegenbeweging van radicaliserende magiërs en een opleving
van de duistere kant van het tovenaarsspectrum, waardoor de verhoudingen
nog verder gepolariseerd werden. Dit resulteerde aan het einde van
de twaalfde eeuw in een apocalyptische laatste slag, die nog steeds
onze huidige wereld bepaalt.
*
Normale tekst is feitelijke informatie, gekleurde
tekst is fictief.
|
Quiring
Quiring
van Cynkedar, Quiring van Arkona, Quiring de vampier, Quiring de
Zwarte Magus, Quiring de demon, Quiring de Zwarte Meester, Quiring
van Mekka
Quiring werd geboren in het dorpje Cynkedar in het land der Abotriten
(Noord Europa, ten zuidoosten van Denemarken). Hij werd oorspronkelijk
opgeleid in een stroming van de magie die als wit, of tenminste
als licht, gekarakteriseerd kan worden. Onder de Magister Thogar
leerde hij de grondbeginselen van de magie begrijpen en gebruiken.
Maar toen zijn dorp en zijn volk door Kruisvaarders aangevallen
werd zwoor hij wraak. Na vele omzwervingen kwam hij in de leer bij
Ob, een tovenaar van duister allooi. Quiring leerde veel van hem,
maar viel bijna ten prooi aan de verraderlijke natuur van Obs huis.
Sterker, maar ook cynisch over de aard van de mensheid, trok hij
verder. Een jaar was hij in de leer bij de enige zwarte magiër
die ooit onsterfelijkheid wist te bereiken, Magus Chara Chander.
Hier hoorde hij voor het eerst over de mythe van de berg Sagar,
de magische steen Kaäba en het
duistere amulet Kaäbaer.
Jaren later vestigde hij zich in Arkona,
waar hij trouwde met zijn jeugdliefde, Civvi de Witte Magister.
Daar begon hij diepgaand onderzoek naar de aard van magie en geloof
en werkte hij samen met Xtulo
aan een manier om de invloed van het Christendom te breken. Maar
voor hij zijn plannen kon voltooien bereikten de Noordelijke Kruistochten
Arkona. Na maanden van belegering viel de stad en Quiring was één
van de weinige overlevenden. Hij nam bloedig wraak (samen met Saya
en Xtulo), maar pas jaren later in het dorpje Westerwijtwerd wist
hij zijn onderzoek weer nieuw leven in te blazen…
Portret
van Quiring, Magus Nero.
|
*
Normale tekst is feitelijke informatie, gekleurde
tekst is fictief.
|
Civvi
Civvi
van Cynkedar, Civvi van Arkona, Civvi de Heler, Dodenbanner, Civvi
de Witte, Sneeuwmagister, Guru Civvi
Civvi werd geboren in het dorpje Cynkedar in het land der Abotriten
(Noord Europa, ten zuidoosten van Denemarken). Ze was de dochter
van de Dorpsheer en was in de leer om zijn opvolger te worden. Daarnaast
studeerde ze onder Magister Thogar witte magie. Ondanks dat ze haar
aandacht moest verdelen was ze al op jonge leeftijd een vaardige
tovenares, zoals ze bewees toen de Kruisvaarders Cynkedar overvielen.
Haar vrienden Quiring en
Pota vertrokken enige tijd later uit het land der Abotriten, beide
op een eigen missie, maar Civvi bleef achter om te helpen met het
herstellen van de schade die de Kruisvaarders aangericht hadden.
Ze groeide uit tot een gerespecteerde witte Magister, die grote
invloed had op de Prins der Wenden. Pas jaren later werd ze herenigd
met Pota en Quiring. Dat die laatste zich van het licht afgewend
had en een machtige zwarte magiër was geworden raakte haar
diep. Toch vertrokken ze samen naar Arkona,
waar ze later zelfs trouwden. Saya
was kind aan huis bij Civvi en Quiring en ze
trokken regelmatig samen op.
De Noordelijke Kruistochten verwoestten de magiërscultuur op
het eiland Rügen en na
maanden van belegering viel Arkona. Civvi behoorde tot de weinige
witte magiërs die de slachting overleefden. Toen de kruislegers
zich terug begonnen te trekken reisde Civvi de Rügense landen
door, om de slachtoffers van de oorlog te helen en bij te staan.
In een klein plaatsje, dat de kruisvaarders onderdak en hulp geboden
had, kwam ze tegenover Quiring en zijn Zwarte Alliantie te staan.
Quirings groep, waar Xtulo
en Saya deel van uit maakten, wilde alle collaborateurs en Kruisvaarders
doden, terwijl Civvi juist de wonden probeerde te helen. Dit leidde
tot een dramatische confrontatie, waarna Civvi haar huwelijk met
Quiring verbrak. In de war en gekwetst verliet ze Rügen en
trok naar het zuidoosten, om zich bij andere gevluchte witte en
grijze magiërs aan te sluiten. Daar hoorde ze voor het eerst
dat Xtulo met een troep Zwarte
Wolven naar het westen trok, maar pas na de gebeurtenissen in
de legende van de Zwarte Wolven komt zij weer in de Kronieken
van de Schemering voor.
Portret
van Civvi, Magister Bianco
|
*
Normale tekst is feitelijke informatie, gekleurde
tekst is fictief. |
Saya
Saya
van Arkona, de Sluiper
Saya werd geboren in de magiërsstad Arkona,
op het eiland Rügen. De stad was een bolwerk van de cultus
van Svantovit,
maar Saya’s familie behoorde tot de kleine Christelijke gemeenschap
in de stad. Deze groep stamde af van de bekeerlingen, die vele jaren
eerder gedoopt waren na een belegering van de stad door de Deense
bisschop Absalon. Ondanks haar Christelijke achtergrond trok ze
veel met de heidense jeugd op en was ze kind aan huis bij Quiring
en Civvi, twee vooraanstaande magiërs in de stad.
Ze viel van haar geloof toen de Kruisvaarders Arkona aanvielen en
de stad na maanden belegering verwoestten. Quiring
redde haar van de plunderaars. Ze hielp Quiring en Xtulo
met hun wraaktocht tegen de zich terugtrekkende Kruisvaarders. In
later jaren deed Quiring regelmatig beroep op haar om insluipingen,
diefstallen en overvallen voor hem te plegen. In de stad Groningen
kwam ze oog in oog te staan met een kwade
geest en wist ze maar net te ontsnappen aan de stadswacht, om
Quiring in het dorpje Westerwijtwerd
te ontmoeten.
Reproductie
van het magische medaillon dat Quiring, volgens de overlevering
bij zich zou hebben gedragen en dat gemaakt zou zijn door
zijn echtgenote Civvi. In het blauwe glas zat een druppel
bloed van Saya. Civvi zou het voor Saya zelf gemaakt hebben
als bescherming tegen een verstoring in haar levenslijn. Tijdens
de slag om Arkona had Quiring het net voltooide medaillon
veilig gesteld toen hij Saya van de plunderaars redde. Tijdens
de bloedige wraaktocht tegen de Kruisvaarders, die hem de
liefde van Civvi kostte, kwam hij er achter dat het sieraad
fungeerde als een kompas, waarmee hij Saya altijd kon terugvinden.
Hij besloot, in plaats van het aan Saya terug te geven, het
medaillon voor zijn eigen doeleinden te gebruiken.
|
* Normale
tekst is feitelijke informatie, gekleurde
tekst is fictief.
|
Xtulo
Petulo
del Dorea, Petulo Dracul, Xtulo del Dorea, Xtulo van de Pestilentie,
Xtulo de Wolvenmeester
Xtulo werd geboren als Petulo in het dorpje Dorea in het noorden
van Italië. Hij was de vijfde zoon van een plaatselijke edelman
en werd op jonge leeftijd naar het klooster gestuurd. Hij was al
vroeg verbitterd over wat hij als een verbanning van zijn erfgoed
beschouwde. De verbittering uitte zich in tegendraads gedrag, bespotting
van de kerk en zelfs duistere talenten. Toen de abt er achter kwam
dat Petulo tot simpele magie in staat was, zonder dat hij ooit een
magische opleiding had gehad, werd hij geëxcommuniceerd en
als duivelsgebroed tot de brandstapel veroordeeld. Zijn vader kwam
echter tussenbeide en Petulo werd lange jaren in de kelder van de
borg van de familie opgesloten, voor zijn eigen bescherming. Hier
begon hij in zichzelf te praten en werd hij steeds meer zonderling.
Uiteindelijk wist hij te ontsnappen en hij vluchtte naar het Oosten.
Daar kwam hij al snel in contact met heidense Roemenen. Die duiden
zijn talenten als zwart en krachtig en hij kwam in de leer bij een
serie zwarte magiërs. Maar het duurde niet lang voor hij ze
allemaal de baas was. In deze tijd wist hij de stemmen in zijn hoofd
redelijk in bedwang te houden.
Hij besloot naar het centrum van de macht der magiërs te trekken:
Arkona. Dit deed hij, met een
omweg naar het dorp Dorea, dat hij volledig in de as legde. Hij
liet zijn familie gruwelijk gespiest achter, naar het voorbeeld
van Vlad Dracul.
In Arkona aangekomen werd hem verzocht zijn naam te schrijven in
het gardistenboek. Nadat hij Petulo had neergepend kwam al zijn
woede over zijn verleden boven en zette hij een grote “X”
door zijn naam. Vanaf dat moment stond hij bekend als Xtulo. De
jaren daarna werkte hij zich op tot één van de meest
invloedrijke magiërs, tot Quiring
in de stad arriveerde. Een natuurlijke rivaliteit trad op, maar
ze werkten ook samen.
Na de val van Arkona nam hij samen met Quiring en Saya vreselijk
wraak op de Kruisvaarders, voor hij weer naar het Oosten trok om
de Wolvenmeester
Saida Ghar op te sporen. Hij overleefde de confrontatie met deze
Mongoolse meestermagiër en wist zelfs bij hem in de leer te
komen, maar hij begon hoe langer hoe meer paranoïde te worden
en waanbeelden te zien. Met een schat aan necromantische kennis
trok hij terug naar het Westen, naar Westerwijtwerd.
Onderweg bouwde hij langzaam maar zeker een indrukwekkend roedel
Zwarte Wolven op.
Xtulo
met een van zijn zwarte wolven aan het begin van een nachtelijke
jacht op een siberische sabeltandtijger; één
van de beste trainingen voor deze wolven. |
*
Normale tekst is feitelijke informatie, gekleurde
tekst is fictief.
|
|
|