|  
                   Ik 
                    ben in 1997 in India geweest en de herinnering aan die reis 
                    heeft voor een groot deel de achtergronden van mijn roman 
                    Askáran, het levende schaakspel geïnspireerd. 
                    Dat was één van de redenen waarom ik graag naar 
                    India terug zou willen (afgezien van een gave reis natuurlijk). 
                    Mijn interesse ging in dit kader vooral uit naar de woestijnprovincie 
                    Rajasthan, in noordwest India, omdat mijn verhaal zich ook 
                    in een woestijnomgeving afspeelt. Toen mijn zus, Jantien, 
                    aangaf dat ze ook wel graag een keer naar India zou willen 
                    was er een plan geboren… En tot onzer beider verbazing 
                    hebben we niet geaarzeld en het plan gewoon uitgevoerd! 
                  Op 
                    24 september 2006 was het zo ver. We vlogen met Al Italia 
                    naar Delhi! Daar kwamen we ’s avonds laat aan en werden 
                    we afgehaald door onze Taekwon-Do vrienden Rakesh, Mala en 
                    Sanjay.  
                    
                     
                      
                  De 
                    twee dagen erop waren we zo’n beetje dag en nacht druk 
                    met het geven van een Taekwon-Do seminar en kregen we nauwelijks 
                    de kans om de stad en de omgeving te bekijken. Zie voor een 
                    uitgebreid verslag van het seminar de website www.itf-nederland.nl, 
                    onder Nieuws > Archief 2006 > Martijn en Jantien Lindeboom 
                    in India. 
                    
                  Na 
                    een heerlijke Indiase maaltijd bij Rakesh en Mala thuis op 
                    de laatste avond van het seminar, konden we ons op onze reis 
                    richten. En we waren heel wat van plan! Van Delhi naar Agra 
                    en dan Rajasthan in.   
                  Delhi 
                    Eerst hebben we Delhi eens goed verkend. We hebben Connaught 
                    Place, een concentrisch plein, met eindeloos veel winkeltjes, 
                    eethuizen, reisbureaus en straatverkopers bekeken.  
                    We probeerden met fietsriksha bij het Rode Fort te geraken. 
                    Maar al snel kwamen we in de grootste opstopping die ik ooit 
                    gezien heb terecht. Na een half uur om ons heen kijken (en 
                    genieten van het straatleven) besloten we toch maar te gaan 
                    lopen. Het kostte ons nog drie kwartier om het fort te bereiken, 
                    maar het was toch tien keer zo snel…  
                    
                  Het 
                    rode fort is groot, indrukwekkend en (in tegenstelling tot 
                    de rest van Delhi) rustig. De imposante buitenmuren verbergen 
                    een tuinencomplex waar de paleizen van de Moghul keizers uit 
                    oprijzen. We hebben er meerdere ontspannen uren doorgebracht, 
                    tot het duister begon te vallen. We liepen terug door een 
                    markthal, die vroeger door de keizer en zijn vrouwen gefrequenteerd 
                    werd. 
                    
                  Treinen 
                    in India 
                    De volgende dag vertrokken we vroeg met de trein naar Agra. 
                    Het Indiase treinsysteem is verbazingwekkend goed. Redelijk 
                    gebruiksvriendelijk, goed georganiseerd, meestal redelijk 
                    op tijd en goed verzorgd. Zelfs lange treinreizen (de langste 
                    was 18 uur) zijn goed te doen, als je maar het goede treinstel 
                    weet te boeken en je goed voorbereidt.  
                    
                  In 
                    de trein heb ik uitgebreid gesproken met een Indiase man, 
                    die me veel vertelde over het Hindoeïsme, heilige koeien 
                    en me een Indiaas veldspel leerde, Kabaddi, dat het midden 
                    houdt tussen rugby en tikkertje.   
                  Agra 
                    In Agra aangekomen zijn we aan het eind van de middag direct 
                    naar de Taj Mahal gegaan, omdat die de dag er op (vrijdag, 
                    heilige dag voor de moslims) dicht zou zijn. Net als in 1997 
                    weer erg indrukwekkend! 
                    
                  De 
                    volgende dag hebben we het rode fort van Agra bekeken, dat 
                    nog ouder is dan zijn neefje in Delhi. Nog veel ingewikkelder 
                    en indrukwekkender! Met een beetje fantasie zag ik zo de prinsen 
                    en edelen uit Askáran tussen de pilaren en door de 
                    tuinen wandelen. Versteende inspiratie zeg maar rustig. 
                    
                    
                  Jaipur 
                    Toen we in Jaipur uit de trein stapten was het direct duidelijk 
                    dat we nu echt in Rajasthan waren. Droog en dor, maar erg 
                    mooi! 
                    
                  We 
                    bekeken het Amber Fort, een paar kilometer buiten de stad. 
                    De maharadja’s van Rajasthan waren oorlogszuchtige types 
                    (past ook goed bij Askáran) en dat bleek wel uit de 
                    alom aanwezige fortificaties. De stad zelf (die we de volgende 
                    dag hebben bekeken) was ommuurd en ondanks dat het de Pink 
                    City genoemd wordt, was het vooral uit bleekrode zandsteen 
                    opgetrokken.  
                    
                  Het 
                    Jantar Mantar (een observatorium met absurd uitvergrote sterrenkundige 
                    instrumenten) en het paleis van de maharadja waren erg mooi. 
                    In de musea hebben we de dracht en de wapens van de Rajasthani 
                    kunnen bewonderen. Indrukwekkend. 
                  Udaipur 
                    Van deze stad had ik verwacht dat hij me het meeste aan zou 
                    spreken. Het ligt namelijk aan een meer, net als Azrím, 
                    de belangrijkste stad uit Askáran.  
                    
                  Het 
                    was inderdaad een prachtige stad, maar mijn echte inspiratie 
                    hoogtepunten moesten nog komen. Udaipur is denk ik de fijnste, 
                    meest rustige stad die we bezocht hebben. Ik heb er een katar 
                    (een Indiase stootdolk) gekocht, om mijn khukuri (een Nepalese 
                    hauwdolk) gezelschap te houden. De katar zal zeker zijn intrede 
                    gaan doen in het Askáran arsenaal!  
                    
                    
                  We 
                    hebben het City Palace bezocht, uitgebreid door de stad gezworven, 
                    zijde schilderingen gekocht en een dansvoorstelling bekeken. 
                     
                    
                  Ook 
                    hebben we een festivaloptocht meegemaakt en een boottochtje 
                    gemaakt, om het Lake Palace (nu een exclusief hotel) heen. 
                    Prachtige uitzichten. 
                    
                  Jodhpur 
                    Deze Blauwe Stad viel ons zwaar tegen. Wat een vieze, onvriendelijke, 
                    opgejutte rotstad. Maar het fort! Alle goden, wat een geweldig 
                    fort! Zo goed dat hij een eigen kopje krijgt. 
                    
                  Meherangarh 
                    Dit fort groeit bijna uit de monoliet waar hij opstaat. Het 
                    is de ultieme verbeelding van Azrím! Machtige muren, 
                    statige torens en geweldige paleizen binnenin. Hoe ze het 
                    bouwen er van ooit voor elkaar hebben gekregen is mij een 
                    raadsel, want stad en fort liggen aan de rand van de Thar 
                    woestijn. 
                    
                  We 
                    hebben wel vijf uur door het fort en zijn paleizen gedwaald 
                    en over de wallen gewandeld. Geweldig.  
                    
                  Ook 
                    de verschillende musea (o.a. draagbaren, olifantenzadels, 
                    wapens en kleding) waren zeer de moeite waard.  
                    
                  Alles 
                    werd aan elkaar gepraat door een audiotour die je bij je toegangskaartje 
                    kreeg. Meherangarh maakte het nare Jodhpur meer dan goed! 
                    
                  Jaisalmer 
                    Onze verste en laatste nieuwe bestemming. Ons hotel lag binnen 
                    de muren van het Jaisalmer fort, dus het uitzicht was prachtig. 
                    En we zaten midden in de stad. Erg mooi.  
                    
                  We 
                    hebben eerst een dag rustig aan gedaan, voordat we de woestijn 
                    in trokken. Op kamelen wel te verstaan! Drie dagen trekken 
                    door een vreemd landschap van afwisselend groen, bruin en 
                    geel landschap, dat voornamelijk uit rotsen en zand bestond, 
                    maar waar, door een buitengewoon goed regenseizoen, de plantengroei 
                    welig tierde.  
                    
                  Het 
                    dagritme was een aangename verrassing, alsof ik met bewoners 
                    uit Askáran te maken had! ’s Ochtends vroeg op, 
                    rijden tijdens de koelte, lunchen (aardappelcurry en chapati, 
                    bereid op een houtvuurtje) en dan tot een uur of drie slapen 
                    onder een boom of struik, omdat het veel te heet was (40 graden 
                    Celsius!) en dan de avondetappe, die eindigde met avondeten 
                    in het donker en slapen onder de sterren. Twee slaapperioden 
                    dus, net als in mijn verhaal. Erg inspirerend om mee te maken! 
                     
                    
                     
                  De 
                    kamelendrijver, Mussa, vertelde veel en kookte lekker. En 
                    onze kamelen (Charlie voor Jantien en Buddha voor mij) waren 
                    geweldig. Prachtige beesten, die krijgen ook zeker een plekje 
                    in Askáran. 
                    
                  De 
                    nachthemel… nog nooit zoiets gezien. Zonder lichtvervuiling 
                    is de nacht echt een prachtig fenomeen. Duizenden sterren 
                    en de vage baan van de melkweg. Prachtig! We hebben echt wel 
                    een uur liggen staren. 
                    Teruggekomen in Jaisalmer hebben we eerst uitgepuft (bont 
                    en blauw en geschuurd van de onbekende gang der kamelen) en 
                    zijn we koud bier gaan drinken op een dakterras, dat traditioneel 
                    ingericht was en over de hele stad uitkeek.  
                    
                  De 
                    volgende dag hebben we een onderling verbonden serie Jain 
                    tempels bekeken en zijn toen op de trein gestapt (voor de 
                    eerder genoemde 18-urige terugreis). 
                  Delhi 
                    Alvorens ik terug zou vliegen hebben we nog twee dagen door 
                    Delhi gezworven. We zijn wezen foto’s uitwisselen en 
                    eten bij Rakesh en Mala. Dat was erg gezellig (en het eten 
                    was fantastisch!). Veel gepraat over India, Taekwon-Do, meditatie 
                    en de veranderingen die op stapel staan in de Indiase hoofdstad, 
                    ten gevolge van de Commonwealth Games die in 2010 in Delhi 
                    georganiseerd worden. Op de laatste dag zijn we nog naar een 
                    enorme markt in zuid Delhi geweest. Genoten van de kleuren, 
                    geuren en mensen om ons heen (en de super de luxe metro, die 
                    al onze verwachtingen van India overtrof).  
                  Al 
                    met al was India weer een ervaring. Ik heb erg genoten van 
                    alle uitzichten, de mensen die we ontmoet hebben en de oh 
                    zo andere cultuur, omgeving en temperatuur. Gekeken door mijn 
                    schrijf-bril was het ook een groot succes. Askáran 
                    is me nog een stuk scherper voor de geest komen te staan en 
                    inmiddels ben ik enthousiast begonnen met herschrijven.  
                    
                  Eind 
                    februari 2007 hoop ik het manuscript klaar te hebben om het 
                    op te sturen aan uitgevers. En dan zien we wel weer verder. 
                      
                  Martijn 
                  Zie 
                    ook het verslag op de website van ITF Europe: www.itfeurope.org 
                   |